Achter de Linnaeusstraat, ter hoogte van de Polderweg, is een wijkje verschenen op het terrein van de voormalige Oostergasfabriek. Een gasfabriek die al in 1922 werd gesloten. Voor sommigen is het terrein wellicht beter bekend als de plek van het dierenasiel, het sportfondsenbad Oost en de melkfabriek Sterovita, later Melkunie. Het gebied wordt begrensd door Polderweg, spoorbaan, Ringvaart en Linaeusstraat. Een woonwijkje, maar meteen ook winkelcentrumpje. Het is nog niet klaar, we zijn eigenlijk te vroeg. De toegang tot het gebied ligt ter weerszijden van het voormalige politiebureau aan de Linaeusstraat. Het politiebureau is nu een horecagelegenheid. Men heeft er een serre aangebouwd, die u hierboven ziet. We maken een kort rondje. Delen van de oude industriële gebouwen zijn blijven bestaan. Zoals hier, te herkennen aan de ferme muurankers. Sportsworld is hier nu gevestigd, en aan het aantal tweewielers te zien, behoorlijk populair. Het is hier, zoals in een groot deel van Oostpoort, een voetgangers- en fietsersgebied. Shared space noemen we dat vandaag: fietsers en voetgangers niet gescheiden, ze moeten zelf maar uitzoeken hoe ze ongelukken voorkomen. Iets verderop een terras aan het water. Een voor de hand liggend idee. Twee terrassen om precies te zijn; dat is te zien aan de twee types terrasmeubilair. Jammer dat er aan de bovenkant van de trap geen bomen zijn geplant. Aan het eind van de kade treffen we het eerste plein. En - toegegeven - we staan versteld. Een onvervalst postmodernistisch gebouw staart ons aan. Akkoord, links heeft het blok klassieke dertigerjaren-erkers, maar recht vooruit is er toch wel iets meer aan de hand. Daar is iemand uitbundig te werk gegaan (Molenaar & Co architecten, 2012-2013). Wat ons als plintgeconcentreerden opvalt, is de verdieping boven de eigenlijke plint. Zeer hoog, met ten opzichte van de begane grond een buitengewoon groot vensteroppervlak. De architect heeft hier bouwtechnisch de optie opengelaten om de eerste etage bij het winkeloppervlak te betrekken, dan wel de eerste etage een andere functie te geven die zich over een groter oppervlak kan uitbreiden. Rechts het saaie stadsdeelkantoor van stadsdeel Oost. Ooit werd het voormalige Burgerziekenhuis aan de Linnaeusstraat omgebouwd tot stadsdeelkantoor voor stadsdeel Oost/Watergraafsmeer. Inmiddels zijn de stadsdelen bestuurlijk grotendeels ontmanteld, maar dit kantoor werd nog net nieuw gebouwd. Het heet nu Stadsloket. Het Burgerziekenhuis is een hotel geworden. Het plein zelf? Een boom in het midden met een bank rondom. Niet wat we noemen een dolgezellige inrichting. Een forse leegstaande winkelruimte op de hoek. Er zijn in dit gebied in de korte tijd van zijn bestaan al een aantal winkels en horecagelegenheden gekomen en weer vertrokken. Er is voorlopig beslist nog geen sprake van een stabiele situatie - voorzover dat ooit het geval is in een winkelgebied. Rechts ziet u iets dichterbij de ornamentatie van het blok dat het Oranje Vrijstaatplein zo domineert. Groen-geel-bruine kleuren in een motief (tegels of een ander materiaal, we kunnen het niet goed zien) tussen beneden- en bovenraam, bruin houtwerk, decoratieve metselverbanden. Ja, het lijkt wel een reminiscentie aan de winkelpuien en portieken van Duncker in de Rijnstraat, die we in het vorige hoofdstuk tegenkwamen. Ook links zien we een, laten we zeggen, eclectische benadering van de architectuur. Wijkenbouwkundige Soeters heeft twee gebogen straten in het plan voor Oostpoort opgenomen. Dat geeft een wat ouderwets binnensteedse, om niet te zeggen dorpse spanning: wat zal er om de bocht komen? Op zich geen slecht idee, want het houdt het blikveld van de voetganger beperkt, het geeft de gelegenheid zich te concentreren op het deel dat zich binnen de blik bevindt. 't Is ook meer een straatje dan een straat. Het voordeel voor de winkelaar is dat je de winkels aan beide zijden van de straat overziet. De bocht komt uit op een driesprong. Van Haren rechts heeft geen schoenen in de etalage. Links zijn we onder andere Zeeman en H&M gepasseerd. Naast de H&M een dichtgeplakt winkelraam. Aan het driesprongpleintje, om de bocht, zit de Xenos. De bekende ketens. "Zoetermeer of Almere", verzucht winkeladviseur Tony Wijntuin in Het Parool van 9-1-2016. Het effect van hoge winkelhuren. Linksaf kijken we richting Linnaeusstraat. Het rode gebouw is het voormalige politiebureau, thans café-restaurant Roezemoes. De serre, die u aan het begin van dit hoofdstuk zag, zit aan de andere kant. Dit uitzicht ziet er niet zo slecht uit. Misschien ook omdat de oudbouw de suggestie van iets knussers oproept. Maar we slaan rechtsaf, richting Atlantisplein. De winkels rechts zien er hier intiemer uit, 'net echt' bij wijze van spreken. Neem de etalage van de Cex. Van verre lijkt het op de klassieke opstelling van een ouderwetse sigarenwinkel en het bruine houtwerk werkt daar aan mee. In werkelijkheid betreft het een in- en verkoop van telefoons, games en andere kleine elektronica. Het is vooral het ontbreken van de oversized bovenpui die we aan de andere kant zagen, wat dit winkelrijtje meer karakter geeft. En dan aan de linkerkant de doorsteek naar de Polderweg. De Montessori scholengemeenschap aan de overkant. Zijn al die fietsen van leerlingen, of van de mensen die werken in de gebouwen die aan weerszijden van Utopia staan? Eén ding is zeker, hier valt qua plint geen eer te behalen. Dit is een willekeurige bloedeloze doorgangsstraat in een willekeurige buitenwijk. Het valt wel heel moeilijk om hier geen grappen te maken over de straatnaam. Op de foto van Utopia was het pand aan de rechterzijde de Q-Factory, waarvan we hier de ingang zien aan de Polderweg. Oorspronkelijk heette het Q-Muziq, opgezet als een gebouw met oefenruimtes voor muziekgroepen. Dik gesubsidieerd door het stadsdeel. Q-Muziq kreeg de exploitatie niet rond, leed forse verliezen, en dreigde voor het stadsdeel een financiële strop te worden. De verantwoordelijke deelraadswethouder moest aftreden. Zij werd overigens na een jaar weer in genade aangenomen. Q-Muziq werd verkocht en leidt nu als Q-Factory een bloeiend bestaan. Naast de verhuur van oefenruimtes organiseert men nu concerten en ruimtes worden ook verhuurd voor niet-muzikale activiteiten. Op het Atlantisplein vergapen wij ons vooreerst aan de in kurketrekker-vorm gemetselde, geglazuurde bakstenen pilasters die van straat naar dak tegen de wand van het blok geplakt zitten. Architecten Molenaar & Co hebben weer toegeslagen. En dan: wat is er in dat perkje (hoe noem je zoiets) op het plein gebeurd? Is daar een boom omgewaaid? En waarom zijn de onduidelijke resten dan niet opgeruimd? In het winkelpand waar nu de Action floreert, zat tot voor kort de Vomar die het na een jaar verlies draaien heeft opgegeven. We kunnen ons voorstellen dat wanneer de wijk Oostpoort is volgebouwd, een supermarkt op deze plek zich wel zal kunnen handhaven. Maar een gezellige indruk maakt deze hoek voorlopig niet op ons. Het Paradijsplein zit nog volop in de bouw. Het gebouw met de smalle vensterstroken is een basisschool. Hij grenst aan de achterkant van het stadsloket. Hier kunnen we nog niet veel van zeggen. Het Sportfondsenbad bestaat nog en bevindt zich aan de andere kant in hetzelfde oude industriële gebouw als sportschool Sportsworld. De ingang van het zwembad ligt aan het Cocagneplein. Wij vinden het jammer dat er tegen de oude fabriekswand een winkelstrook is gezet. We hadden liever de oude steen gezien op ooghoogte.
Hoe gezellig is het? Nog niet heel erg. Maar we denken eigenlijk dat we te vroeg zijn gekomen. Een overdaad aan de bekende ketenvestigingen uit voornamelijk het lagere segment, leegstand en een snelle rotatie van huurders zijn enigszins kenmerkend voor een nieuwe buurt. Men moet zijn draai nog vinden. We gaan dus niet zonder meer mee met het populaire geweeklaag over de structurele afname van de middenstand, met als vast argument de opkomst van het webwinkelen. Dat de beschikbaarheid van internet veranderingen met zich meebrengt in ons winkelgedrag, zonder meer. Het recreatieve aspect van het winkelen neemt gaandeweg af, omdat we op het web naar hartelust kunnen grasduinen en artikelen vergelijken, zonder dat we de deur uit hoeven of lastige verkopers van ons af moeten schudden. Ons winkelbezoek wordt doelbewuster; we hebben ons vantevoren al georiënteerd. En bij grotere of zwaardere goederen (een koelkast of een televisietoestel bijvoorbeeld) is het bijzonder handig dat we er zelf niet mee hoeven te sjouwen, maar vanuit onze luie stoel de bestelling kunnen plaatsen en onze voorkeur voor het tijdstip van bezorging kunnen aangeven. De smallere winkelstraatjes en de pleintjes (wanneer die worden aangekleed) hebben best potentie om gezelligheid uit te stralen. Samen met de kade (ook graag wat meer aangekleed) kan het een aangename verblijfsplek worden. Vrij reddeloos is de Polderweg (voorzover nu bebouwd). Daar heeft de wandelaar niets te zoeken.
0 Reacties
|
Hoofdstukken
Alles
Hoofdstukken1 Achtergrond 1
2 Achtergrond 2 3 Osdorpplein 4 Jan Evertsenstraat 5 Rijnstraat 6 Oostpoort 7 Kinkerstraat 8 Czaar Peterstraat 9 Beethovenstraat 10 Burg. de Vlugtlaan 11 Krom Boomssloot 12 Javastraat 13 Van der Pekstraat De auteursMario de Jonker |